Column | Ajax zal nooit verbeteren zolang DNA zwaarder weegt dan kwaliteit
In dit artikel:
Bij Ajax lijkt de voorkeur vaker uit te gaan naar vertrouwdheid dan naar vernieuwing: de terugkeer van Fred Grim als assistent wordt in het artikel aangevoerd als nieuw voorbeeld van dat patroon. Tijdens de huidige interlandperiode, een geschikt moment om knopen door te hakken, koos de club niet voor een rigoureuze wijziging in de staf maar voor een tijdelijke maatregel die de bestaande lijn verlengt. Daardoor blijft het gezelschap voornamelijk bestaan uit oud-spelers en clubbekenden (zoals John Heitinga, Marcel Keizer, Urby Emanuelson en Frank Peereboom), terwijl de concrete meerwaarde van sommige aanstellingen onduidelijk blijft.
De schrijver wijst erop dat er recent wel een uitzondering was: de aanstelling van Francesco Farioli, een inhoudelijke en gewaagde keuze waar leidinggevenden Alex Kroes en Marijn Beuker lof voor kregen. Na zijn vertrek verloor Ajax echter weer die koers; veel jonge, belovende krachten zoals assistent Dave Vos verdwenen mee met Farioli naar FC Porto. Tegelijkertijd presteert Ajax in de Eredivisie wisselvallig: de club staat ongeslagen derde, maar het spelbeeld is pover, met name in de defensieve organisatie en bij het drukzetten — aspecten die juist aan Heitinga werden toegeschreven. Volgens de auteur had het ontslag van Heitinga tijdens de interlandpauze de logische stap moeten zijn, maar in plaats daarvan werd Grim aangetrokken, wat wordt gezien als uitstel van executie.
Er wordt gespeculeerd dat druk van oudgedienden invloed heeft op het beleid en dat de club zichzelf en supporters misleidt als men vasthoudt aan het idee dat “Ajax-DNA” belangrijker is dan kwaliteit en visie. De conclusie is dat zonder stevige, inhoudelijke keuzes stagnatie en teleurstelling blijven dreigen — en dat dit seizoen zelfs het behoud van de huidige klassering in gevaar kan komen als er niet snel echte verandering volgt.