FC Utrecht blijkt fout te hebben gemaakt met Sébastien Haller

In dit artikel:

FC Utrecht haalde deze zomer tot verrassing Sébastien Haller terug naar de Galgenwaard nadat hij zijn contract bij Borussia Dortmund in goed overleg had laten ontbinden. Haller, die eerder al op huurbasis (2014/15) en vervolgens definitief (vanaf 2015) in Utrecht speelde voordat hij via onder meer Eintracht Frankfurt, West Ham en Ajax naar Dortmund vertrok, werd gezien als ervaren aanwinst en potentiële leider in een elftal met routiniers als Nick Viergever en Mike van der Hoorn.

Tot dusver blijft het sportief teleurstellend: na meer dan zeshonderd speelminuten is Haller nog doelpuntloos; hij leverde wel een assist. Dat uitblijven van treffers baart clubwatchers en supporters zorgen en wordt door betrokkenen als een groeiend probleem bestempeld. De verwachting dat zijn ervaring en neus voor de goal het team direct zouden versterken, is nog niet waargemaakt.

Ook financieel en qua beleidskeuzes werpt de transfer vraagtekens op. Volgens FootballTransfers is Haller momenteel nog zo’n 2,1 miljoen euro waard, maar het is onzeker of clubs daar nog voor willen betalen gezien zijn leeftijd en vorm. Het aantrekken van een oudere spits kan bovendien de ontwikkeling van jongere talenten remmen — een effect dat in Utrecht al zichtbaar is geworden.

Noah Ohio is het meest concrete voorbeeld: na Haller’s komst kreeg Ohio te horen dat hij mocht vertrekken, maar bleef wel bij de club en is sindsdien alleen inzetbaar voor Jong FC Utrecht. Hoewel Ohio professioneel bleef in zijn houding, geeft die gang van zaken een slecht signaal naar buiten en illustreert het mogelijke nadeel van het prefereren van ervaren aankopen boven kansen voor jeugd. Kortom: sportief, financieel en beleidsmatig lijkt Haller’s terugkeer voorlopig meer risico dan oplossing.