Historisch: hoe fouten en de truc van Bosz leidden tot PSV-zege op Anfield
In dit artikel:
PSV boekte een knallende zege op Anfield: 1-4 tegen Liverpool, waarmee de Eindhovenaren in de Champions League op acht punten komen. De wedstrijd kantelde al vroeg toen Virgil van Dijk na zes minuten een hands in het eigen strafschopgebied veroorzaakte; Ivan Perišić benutte de penalty en zette PSV op voorsprong. Liverpool kwam nog terug tot een aansluitingstreffer, maar de echte beslissingen vielen na rust.
Trainer Peter Bosz schakelde tactisch om. Anass Salah-Eddine nam een positie in als extra middenvelder, waardoor Mohamed Salah minder effectief druk kon zetten op de opbouw en er ruimte ontstond aan de linkerkant. Dat ruimtegebruik leidde tot de cruciale tweede treffer: Mauro Júnior brak door, hield Salah achter zich en gaf een slimme pass waarop invaller Guus Til kon afronden. Later profiteerde PSV opnieuw van fouten in de Liverpool-defensie: Ibrahima Konaté miste een inschatting waardoor Ricardo Pepi gevaarlijk kon doorlopen; bij de daaropvolgende rebound liet Konaté zich opnieuw verrassen en Couhaib Driouech maakte er 1-3 van.
Liverpool creëerde bij hoekschoppen meerdere momenten waarin Virgil van Dijk gevaarlijk werd, maar slaagde er niet in die kansen af te maken. Een korte fase leverde volgens de analyse 0,34 expected goals op, maar dat gevaar werd niet verzilverd. PSV daarentegen sloeg effectief toe op de momenten dat de ruimte bood en hield de tegenaanvallen gecontroleerd uit.
De overwinning op Anfield onderstreept de sterke fase van PSV in deze Champions League-campagne: na eerdere wisselende resultaten (verlies tegen Union Sint-Gillis, remises tegen Olympiakos en Leverkusen) wijzen nu twee klinkende zeges — tegen Napoli en Liverpool — op potentie om te verrassen in de groepsfase. Bosz’ rustwissel en de benutting van individuele fouten bij Liverpool waren doorslaggevend.